Kreeg
ik vorige week toch bericht van boekhandel van Piere in Eindhoven dat mijn
boekje weer uitverkocht was… Ze bestelden weer tien boeken bij me, ik was zo
blij. Ik ging dus meteen aan de slag! Maar hoe maak ik ‘Het is de Liefde’
eigenlijk?
Kijk
hier gebeurt het…hier maak ik de Liefde :-)
Maar allereerst begon het natuurlijk allemaal met het schrijven van het verhaal en had ik deze fijne werkplek nog helemaal niet. Het is een heel persoonlijk verhaal, wat er echt uit moest en wat ik graag wilde delen. Ik ben ongeveer een jaar bezig geweest met het schrijven. Van begin 2015 tot begin 2016. Telkens een stukje, naast het samenzijn met Sam en Sep overdag. Soms schreef ik als Sep overdag op bed lag, soms ’s avonds als Dirk weg was of juist als hij thuis en bij me in de kamer was. Dan zat hij op de bank en ik aan de keukentafel met mijn laptop. En later schreef ik op mijn schrijfmaandagen samen met Marjolein op Strijp-S in Eindhoven.
Toen
lazen eind 2015 Sandra en haar dochter Marij het verhaal. Hun reacties waren zo
bijzonder en ze moedigden me zo aan iets met het verhaal te gaan doen, dat ik
het ging redigeren om het uiteindelijk naar een uitgever te kunnen sturen. Na
een paar weken deed ik dat, maar ik wist dat de kans klein zou zijn dat ze het
uit zouden geven en ik zeker drie maanden moest wachten op een antwoord.
Aangezien ik geen geduld heb en ik het niet leuk vond om mensen steeds Word
bestandjes te sturen om het te laten lezen, ging ik zelf boekjes maken.
Ik
heb al een aantal jaren met de gedachte gespeeld om te leren boekbinden. Ik ben
dol op papier, inkt en boeken. ‘Toevallig’ kwam ik een flyer tegen van een
mevrouw die in Eindhoven een workshop boekbinden aanbood en daar ben ik toen
naartoe gegaan. Ik was meteen verkocht! Dit is gaaf, dit wil ik vaker doen!
Toen
ben ik gaan uitzoeken hoe ik met mijn dertien jaar oude printer mijn verhaal zo
kon uitprinten dat ik er een boek van kon maken. Het uitkiezen van een
lettertype volgde en zo ook het stoeien met een de opmaak, rondscharrelen in
winkels voor het fijnste papier deed ik ook en heee, toevallig had ik nog wat
henneptouw van de Hema in de garage liggen ;-)
Ik gebruik BioTop 3 Extra als printpapier. Het is vrij van het gebruik van chloor. Het heeft het FCS label en het EU Ecolabel. Daarnaast is het heerlijk zacht en geeft het een diepzwarte kleur aan de tekst. Voor de kaft gebruik ik handgeschept papier, Albaca genaamd van het bedrijf Olino. Albaca papier komt van de Phillipijnen en wordt gemaakt van de bast van de Albaci-boom. De bast groeit weer aan en kan daarna weer geoogst worden. Het papier wordt handgemaakt in een klein vissersdorp.
En dan het printen...
Als
ik geluk heb komt het er in een keer goed uit. Eerst de ene zijde van het papier,
dan moet ik alle blaadjes opnieuw op volgorde leggen en leg ik het opnieuw in
de printer: de andere zijde wordt geprint. In een klein half uur heeft mijn
printertje de klus geklaard. Maar soms duurt dat een stuk langer als de printer
per ongeluk twee vellen tegelijk ‘opeet’ en de verkeerde tekst op de
achterzijde komt… Dan ga ik wat knippen en plakken of begin ik gewoon weer
overnieuw.
Daarna
volgt het vouwen.
Ieder
papier moet strak gevouwen worden om een mooi boekje te krijgen. Je hebt er
speciale boekbind’stokjes’ voor, origineel gemaakt van ivoor, maar ik gebruik
liever gewoon mijn eigen handen.
Als
alles gevouwen is, begint het snijden. Ik snijd het papier zodat het mooi
binnen de kaft valt, en omdat een stapel gevouwen papieren naar buiten toe
uitsteken en het mooier is als dat recht is. Aangezien ik ze in één sectie
bind, moet ik behoorlijk wat afsnijden om het recht te krijgen als alle pagina’s
bij elkaar gebonden zijn. Ik snijd ook omdat mijn printer een donkere streep
trekt, bovenaan alle bladzijdes. Geen idee waarom, ze weet het zelf ook niet.
En als laatste, maar zeker niet als onbelangrijkste, snijd ik alle bladzijdes
omdat het een ‘oud’ gevoel geeft, wat bij het schrift en het verhaal past.
Ik
snijd per vier velletjes alle drie de zijden: onder, boven en de rechterzijde.
Dan neem ik het binnenste vel om af te meten bij de volgende vier velletjes
hoeveel ik af moet snijden. En zo verder, steeds vier velletjes per keer.
Als
dat klaar is maak ik de kaft. Daar haal ik aan de bovenzijde een stukje af,
omdat daar wat inkt weg te halen en voor het oude effect. Daarnaast vind ik het
leuk dat het boekje geen standaard A5 formaat daardoor heeft.
Als
alles gesneden is, kijk ik of het papier netjes binnen de kaft valt. En ga ik op
de juiste afstanden gaatjes prikken (met een prikpen en priklap die ik stiekem
van mijn oudste zoon gepakt heb… nee hoor, hij speelde er al lang niet meer
mee).
Per vier velletjes prik ik de gaatjes. Anders gaat het gauw scheef. Als al het papier klaar is, doe ik de kaft.
En nu meet ik de benodigde hoeveelheid touw af.
Het
touw gaat dan in de boekbindersnaald en dan begint het naaien. Weer per vier
velletjes bind ik alles aan elkaar.
Op
het eind komen beide uiteinden op de rug bij elkaar en knoop ik ze vast. Een
uiteinde vormt dan een deel van het ‘slotje’ en aan het andere uiteinde
bevestig ik daarna een veer.
Die
veren vind ik bijna iedere dag gewoon op straat, of in de speeltuin, of op de
stoep. Inmiddels het ik een hele doos vol.
Dan prik ik nog een gaatje in de kaft om het slotje te maken.
En dan, na een klein uur (als alles goed gaat...), is
het klaar!
Ik
houd een lijstje bij met welk boekje naar welke persoon gaat. Het boekje wat ik
voor deze blog heb gefotografeerd was alweer exemplaarnummer 60…
Inmiddels
wordt ‘Het is de Liefde’ dus goed verkocht via boekhandel van Piere en direct
via mijzelf.
Van de uitgever kreeg ik op de dag dat ik de eerste boekjes naar de boekwinkel bracht een standaard afwijsbrief. Maar eigenlijk ben ik daar nu alleen maar heel blij mee. Het is zo leuk om het zelf te doen!
Van de uitgever kreeg ik op de dag dat ik de eerste boekjes naar de boekwinkel bracht een standaard afwijsbrief. Maar eigenlijk ben ik daar nu alleen maar heel blij mee. Het is zo leuk om het zelf te doen!
Liefs!
ps: hieronder kun je een fragment lezen van het verhaal...